Geloof was nog niet eens zo lang geleden voor de meeste mensen iets dat was vastgelegd in traditionele formuleringen. In de afgelopen jaren is alle nadruk komen te liggen op éigen formuleringen. Toch merk ik dat met enige regelmaat de vraag terugkomt naar een bepaald houvast, een oriëntatiepunt. Een van de oriëntatiepunten was (en is) de Heidelbergse Catechismus. Dit calvinistische leerboek dateert uit 1563. Dat heeft allerlei gevolgen. Ik beperk me tot de meest voor de hand liggende: de taal staat ver van ons af, de redeneringen zijn lang niet altijd meer de onze. Toch ben ik met enige regelmaat positief verbaasd over de diepe geloofswijsheid die in dit boekje ligt opgeslagen. Het is dan jammer dat er zoveel werk nodig is om die wijsheid op te delven.
De catechismus werkt met voorgegeven vragen en antwoorden. Zeker ouderen zullen de eerste vraag – die ze net als de anderen uit het hoofd moesten leren – nog wel kennen: ‘Wat is uw enige troost zowel in leven als in sterven’. Het antwoord was, kort geformuleerd dan: ‘Dat ik (…) niet mijzelf toebehoor, maar het eigendom ben van mijn getrouwe Heiland Jezus Christus.’ Met andere woorden: het fundament van mijn leven ligt buiten mij. Ik kan nog zo mijn best doen, het kan mij nog zo slecht vergaan, ik kan nooit uit Zijn hand vallen.
Een groepje predikant is begonnen het oude gedacht opnieuw onder woorden te brengen. De eerste vraag luidt dan: ‘Waarin vind jij jouw geluk?’ Met als antwoord: ‘Mijn geluk is dat Jezus Christus mij gevonden heeft. Hij offerde zichzelf op om mij thuis te brengen in de liefde van God. Zijn Geest maakt in mij de hoop wakker op Gods nieuwe toekomst, voor mij en heel de wereld.’ Ik ben benieuwd hoe het geheel er straks uit gaat zien. Wat ik verder lees, is veelbelovend: http://www.theoblogie.nl/een-proeve-van-de-nieuwe-catechismus-werktitel/ Mooie gedachten om met elkaar over in gesprek te gaan!